De Europese Unie blijft vasthouden aan haar ambitieuze doelstelling: geen plaats meer op de interne markt voor producten die bijdragen aan ontbossing. Met de bevestiging dat de Europese ontbossingsverordening (EUDR) zonder vertraging volledig van kracht wordt vanaf eind 2025, is er nu ook duidelijkheid over de toepassing ervan voor landen met een laag risico.
Wat verandert er?
Op 15 augustus heeft de Europese Commissie nieuwe EUDR-richtlijnen gepubliceerd die de toepassing moeten verduidelijken. Een opvallende aanpassing is de introductie van een nieuwe categorie: ‘verwaarloosbaar risico’. Producten die volledig afkomstig zijn uit rechtsgebieden waar geen concrete aanwijzingen zijn voor ontbossing, kunnen in aanmerking komen voor deze status. Voor zulke producten gelden straks aanzienlijk lichtere due diligence-verplichtingen.
In de praktijk betekent dit dat landen die al als ‘laag risico’ zijn ingedeeld via het EUDR-benchmarkingsysteem, dat geldt momenteel voor 141 van de 194 beoordeelde landen, minder vaak te maken krijgen met nalevingscontroles. Zo wordt bij import uit laagrisicolanden slechts 1% van de zendingen steekproefsgewijs gecontroleerd, tegenover 3% bij standaardrisico en 9% bij hoog risico.
Minder lasten, meer verantwoordelijkheid
Voor houtimporteurs en -verwerkers betekent deze nieuwe EUDR-richtlijnen een verlichting van administratieve lasten bij inkoop uit laagrisicolanden. De verwachting is dan ook dat deze landen aantrekkelijker worden als herkomstlocatie voor houtproducten. Let wel: alle componenten van het houtproduct moeten afkomstig zijn uit hetzelfde rechtsgebied om onder de lichtere eisen te vallen.
Tegelijkertijd wijst de Commissie erop dat de basisverplichtingen uit de EUDR voor álle marktdeelnemers blijven gelden. Dat betekent dat bedrijven nog steeds de legale herkomst van hun hout moeten aantonen én moeten bewijzen dat het niet afkomstig is van recent ontboste gebieden.
Kritiek en zorgen
Hoewel de versoepeling op het eerste gezicht logisch lijkt, waarom zouden landen met een bewezen goed bosbeheer zwaar worden belast? Milieuorganisaties, compliance-specialisten en ngo’s waarschuwen dat deze benadering mogelijk mazen in de wet creëert.
Met name wordt gevreesd dat niet-gecertificeerd, goedkoop hardhout uit landen met twijfelachtige praktijken alsnog via ‘laagrisicolanden’ de Europese markt op kan komen. Zeker als de monitoring en handhaving niet op orde zijn, kan dit leiden tot oneerlijke concurrentie en ondermijning van duurzame initiatieven.
Verwarring over risicobeoordeling
De landenlijst die in mei 2025 werd gepubliceerd, zorgde al voor opgetrokken wenkbrauwen. Zo zijn Papoea-Nieuw-Guinea en de Salomonseilanden ingedeeld als laag risico, ondanks eerdere berichten over illegale houtkap. Ook Afghanistan kreeg die status, terwijl er zorgen zijn over bosbeheer onder het huidige regime.
De Europese Commissie benadrukt dat de classificatie gebaseerd is op objectieve, datagestuurde criteria. Maar de kritiek onderstreept wel het belang van transparantie in de beoordelingsmethodiek én consistente handhaving.
Wat betekent dit voor de houtsector?
Voor bedrijven in de houtbouw en houtimport verandert er het nodige:
- Inkoop uit laagrisicolanden wordt aantrekkelijker qua administratieve belasting.
- Traceerbaarheid en transparantie in de keten blijven essentieel, ongeacht risicoprofiel.
- Bedrijven doen er goed aan hun sourcingstrategieën opnieuw te evalueren.
- Controle-instanties blijven bevoegd om in te grijpen bij vermoedens van niet-naleving, ook bij producten uit laagrisicolanden.
Daarnaast is het EU-observatorium voor ontbossing en bosdegradatie inmiddels operationeel. Dit platform biedt bedrijven toegang tot satellietdata en kaarten om risicogebieden beter in beeld te krijgen. Het gebruik hiervan is niet verplicht, maar wordt wél sterk aanbevolen.
Volgende stappen
De volledige invoering van de EUDR vindt plaats op:
- 30 december 2025 voor grote bedrijven
- 30 juni 2026 voor micro- en kleine ondernemingen
In 2026 volgt de eerste herziening van de landenlijst, gebaseerd op nieuwe gegevens en inzichten. Tot die tijd moeten bedrijven zich voorbereiden op een complexe, maar noodzakelijke omslag in hun ketenbeheer.
Conclusie
De nieuwe EUDR-richtlijnen bieden kansen voor bedrijven die al duurzaam inkopen, maar brengen ook nieuwe verantwoordelijkheden met zich mee. Minder controles betekenen niet minder zorgplicht. Juist nu is het moment om de keten onder de loep te nemen en waar nodig aan te scherpen. Niet alleen vanwege regelgeving, maar ook vanwege de maatschappelijke verantwoordelijkheid die steeds zwaarder weegt in de houtbouwsector.
Wil je weten hoe je je als bedrijf kunt voorbereiden op de EUDR? Bekijk dan onze eerdere publicatie: 5 acties die je kunt ondernemen om te voldoen aan de EUDR.
Houtbouw Netwerk blijft de ontwikkelingen volgen en voorziet je van de laatste inzichten.








